Los Lobos – La Bamba

Origineel: El Jarocho – La Bamba (1939). Dit lied is als traditional ontstaan, toen Afrikaanse slaven -werkend in Noord-Amerika- hun heimwee bezongen. Vaak verwerkte men de naam van hun geboortedorp in hun liederen, in dit geval “Mamaba”. Over de grens in Mexico werd dit omgedoopt tot “La Bamba”, oorspronkelijk dus een traditional. Al beweren sommigen dat de titel afgeleid is van het werkwoord “bambolear” dat zoveel betekent als “al schuddend dansen”.
Nu rijst de vraag, wie nam het als eerste op, en wel op geluidsdrager uiteraard.. Volgens betrouwbare bron (er zijn meerdere getoetst) is El Jarocho, ofwel Alvaro Hernández Ortiz de eerste die het opneemt. Men omschreef de muziek als Son Jarocho, een regionale Mexicaanse folkmuziek waarbij een speciafiek gevormde gitaar de spil is. Deze jarana jarocha heeft een opvallend smalle vorm, met 8 snaren en wat weg heeft van een ukelele. Maar ook een harpvariant (arpa jarocha) en een 4-snarige gitaar (requinto jarocho) waren vaker aanwezig. De muziek werd vooral in de omgeving van Veracruz gespeeld, dat ook in La Bamba terugkomt: Het bekendste fragment in het liedje is en blijft “Yo no soy marinero, soy capitan!” (Ik ben geen marinier, maar kapitein). Veracruz is namelijk de grootste havenstad van Mexico, dit verklaart een hoop.

Richie Valens als latin rock pionier
Richard Steven Valenzuela, ofwel Ritchie Valens had als Amerikaanse zanger/gitarist wel Mexicaanse roots. Onder productionele leiding van Bob Keane, president van Del-Fi Records, duikt Ritchie Valens in 1958 de opnamestudio in om een rockversie van La Bamba op te nemen. Ritchie kampt tijdens de opname met een probleem. Apetrots dat zijn roots in Mexico liggen spreekt hij geen woord Spaans. Hij kent wel de tekst van La Bamba dankzij zijn tante Ernestine Reyes die hem fonetisch de juiste uitspraak heeft aangeleerd. Later zullen kenners hem ook als pionier van de latin rock typeren, al is rock ’n roll een prima term.
Lang heeft Valens niet kunnen genieten van het succes van dit nummer (naast andere zoals Come on,let’s go’). Want samen met The Big Bopper en Buddy Holly komt hij op 3 februari 1959 op zeventienjarige leeftijd tijdens een vliegtuigongeluk om het leven. Vele coverversies van de klassieker zouden volgen van o.a. Dusty Springfield, Shirley Bassey en natuurlijk Los Lobos.

La Bamba van Los Lobos bereikt halverwege 1987 de eerste plaats in de Amerikaanse Billboard Hot 100. In de Britse hitparade staat La Bamba vanaf 1 augustus 1987 twee weken aan kop. In de Nederlandse Top 40 blijft de single op 5 september 1987 op de tweede plaats steken achter I Just Can’t Stop Loving You van Michael Jackson. Daarmee werd dit voor de meesten de bekendste versie, ook zullen enkelen zich parodie ‘Lasagna’ van Weird Al Yankovic herinneren.
Ik moet nog wel melden dat het nummer het Amerikaanse publiek vlak na de oorlog al bereikte. Het liedje duikt al in 1947 op in de bioscoopfilm Fiesta van regisseur Richard Thorpe met in de hoofdrollen Esther Williams en Ricardo Montalban. Hieronder de eerder genoemde versies in chronologische volgerde, beginnend met de eerste opname.